Vanuit onderzoek zien we een trend dat Nederland minder flexitariërs telt, dat zijn consumenten die af en toe tot een aantal dagen per week bewust geen vlees eten en besluiten voor alternatieven te gaan, zoals vleesvervangers of zelfs geen alternatief zoeken. Door de jaren heen was deze groep steeds meer groeiende en groeide deze in vier jaar tijd van 39% naar 47%. In eerste instantie was er sprake van een stagnering, maar de trend lijkt zich aan het omdraaien. Wat opvalt, is dat er een lichte trend is in het aantal vleeseters dat nu weer toeneemt. Dit duidt op een interessante verschuiving in de eetgewoonten van Nederlandse consumenten.

Steeds meer bewust

Steeds minder Nederlanders zien het aantal mensen in hun omgeving minder of geen vlees consumeren. Hoewel het gros van de Nederlanders plantaardige/vegetarische voeding als te duur en niet gezonder beschouwt dan vlees, blijkt dat twee op de drie consumenten nog steeds bewust bezig zijn met hun voedingspatroon. Het bewustzijn onder Nederlandse consumenten is gestegen van 56% (2019) naar 66% (2023). Opmerkelijk lijkt het verschil in perceptie tussen mannen, die over het algemeen terughoudender lijken tegenover plantaardige/vegetarische voeding, en gemiddeld-hoogopgeleide Nederlanders, die juist positiever gestemd zijn. Vooral deze laatste groep lijkt meer bewust bezig rondom voeding.

Blijvende kritiek op vleesvervangers

De dalende trend in het percentage positieve associaties die Nederlanders met vleesvervangers hebben zet zich voort. Ten opzichte van 2022 is het aandeel negatieve associaties iets gedaald en het aandeel neutrale associatie gestegen. Ruim één op de drie associaties met vleesvervangers is negatief (36%). De negatieve associaties hebben met name te maken met de prijs, de smaak, en producteigenschappen.

Huismerk vs. A-merk

Een merendeel van de Nederlandse consumenten heeft geen voorkeur voor A-merken boven huismerken als het gaat om vleesvervangers. Om mensen meer bewust te maken van de vlees vervangende producten was om de vleesvervangers tussen de vleesproducten te plaatsen. Vleesvervangers worden in de meeste supermarkten namelijk in een apart schap gelegd. Het plaatsen van beide producten in hetzelfde schap is een aanpak die supermarktketen Lidl al hanteert. Een kwart van de Nederlanders geeft aan sneller te overwegen om vleesvervangers te kopen als ze in hetzelfde schap liggen als vleesproducten, in plaats van in een apart schap. Dit percentage is zelfs nog hoger onder vleeseters en mensen die nog (vrijwel) geen vleesvervangers consumeren.

Ondanks een stijging in het gebruik van vleesvervangers door de huidige gebruikers, is er geen toename in het aantal individuele mensen dat meer vleesvervangers eet. Deze ontwikkeling suggereert dat er nog ruimte is voor een hogere penetratie van de categorie. De winst die te behalen is ligt in het aantal gebruikers. Door nieuwe gebruikers aan te sporen dienen aanbieder zich te focussen op innovatie van vleesvervangers, met name op het gebied van betere ingrediënten en voedingswaarden, smaak, textuur en uitstraling. Kansen voor aanbieders gezien er nog winst te behalen valt in deze markt. Zeker gezien het feit dat 20% van de non-users openstaat voor een vleesvervanger!

Benieuwd naar de hele rapportage?

Bekijk hier de volledige rapportage van de Vleesvervangers monitor!